Ik heb iets belangrijks ontdekt. Waar ik bij het schrijven de lat zo hoog mogelijk leg, moet ik hem bij het klussen juist zo laag mogelijk leggen. Ik plan één klein klusje per dag, en dan werkelijk een lachwekkend makkelijk klusje, zodat ik niet in paniek raak. ‘Lachwekkend makkelijk’ is relatief, ik weet het. Maar inmiddels ken ik mezelf een beetje en weet ik welke klusjes haalbaar zouden moeten kunnen zijn, zoals bijvoorbeeld ‘het schilderen van vijf planken’. En daarbij zeg ik tegen mezelf ‘als vijf planken niet lukt, is dat helemaal niet erg, één plank is al mooi meegenomen’. Dit klinkt een beetje zielig, alsof ik mezelf behandel als een zwakbegaafd persoon. En dat is ook zo. Op het gebied van klussen ben ik zwakbegaafd, en daarbij hoort een speciale behandeling. Het is allemaal psychologie, de kunst van het jezelf zo goed mogelijk voor de gek houden. Wat levert deze slappe aanpak op, zult u zich afvragen. Nou, dat is niet gering! Ik ben erg enthousiast, al na één dag testen. Daarom wil ik de techniek graag met u delen. Ik doop hem de Lage-Lat-Techniek, kortweg: de LLT. Dankzij de LLT gebeurde er gisteren dit: niet alleen kreeg ik het geplande lachwekkend makkelijke klusje af, ik deed er zelfs een tweede klusje bij! En in plaats van me diep ellendig en mislukt te voelen, voelde ik me een ware kluskoningin. Zo simpel is het. Ik kan het iedereen aanraden: leg de lat zo laag mogelijk, dan springt u er met gemak overheen.
Let op: pas deze techniek alleen toe op bezigheden waar u overduidelijk geen aanleg voor hebt en die onnodig veel stress veroorzaken, maar alléén in situaties die geen gevaar of nadeel opleveren voor anderen. Dus niet in de operatiekamer, of tijdens een belangrijke voetbalwedstrijd. In het laatste geval alléén als u de techniek gezamelijk -als team- toepast, zoals bijvoorbeeld Zaalvoetbalteam De Lage Lat.